Het samoeraipantser is een Japans pantser dat werd ontworpen om de samoerai te beschermen tijdens de Heian-periode in Japan. Dit pantser is ontworpen om de mobiliteit van de krijgers die het droegen te optimaliseren en bestaat daarom uit verschillende onderdelen (romp, helm, onderarmen...).
Het Yoroi-pantser is het populairst en kan gemakkelijk herkend worden aan de vorm en de verschillende materialen die gebruikt worden, zoals metaal, leer, zijde en verschillende legeringen. Afhankelijk van de kwaliteit en de prijs van het pantser, is het mogelijk om goud te vinden op sommige pantsersoorten.
Een samoeraipantser bestaat dan ook hoofdzakelijk uit kleine plaatjes metaal of leer die aan elkaar zijn verbonden, waardoor een meerdelig pantser ontstaat dat zowel stevig als beweeglijk is.
Dit Yoroi-pantser, hoewel zeer mobiel, weegt tussen de 20 en 30 kilo en is daardoor erg onhandig voor de samoerai die te voet vochten. Sommigen van hen rustten zich daarom uit met lichtere pantsers, zoals de do-maru of haramaki. Dit type pantser weegt tussen de 10 en 20 kilo, maar bedekt een kleiner deel van het lichaam en is gemaakt van minder stevig staal.
Bij dit soort harnassen kon een katana aan de riem of onderrok worden bevestigd, zodat het zwaard altijd bij de hand was.
Samenstelling van het Samurai-pantser:
Helm ( Kabuto ): Bomvormig, gemaakt van verschillende metalen platen en lamellen die de nek en de rest van de schedel vormen. Hij werd vaak versierd met versieringen en het clanlogo.
Masker ( Menpo ): Dit zijn maskers die vaak demonen uit de Japanse folklore (zoals de Hannya) voorstellen. Ze beschermen het gezicht en schrikken de tegenstander af.
Keelbeschermer ( Yodarekake ): Verbonden platen ter bescherming van de nek
Schoudervullingen ( Sode ): Platen die met leren koorden zijn samengebonden om bescherming en flexibiliteit te bieden.
Plastron ( Do ): Hoofdonderdeel van het pantser. Plastron gemaakt van metaal en gelakt leer ter bescherming tegen zowel stoten als slecht weer. Soms werden details en ornamenten van kant en zijde gebruikt.
Onderarmbeschermers ( Kote ): Vaak gemaakt van hennep, linnen, brokaat of zijde met ijzeren platen en maliënkolder. Dit zorgt voor een grote bewegingsvrijheid en een uitstekende bescherming.
Handschoenen ( Tekko ): Metalen en leren platen die met elkaar verbonden zijn om de handschoenen optimaal te beschermen en tegelijkertijd bewegingsvrijheid te bieden. De metalen platen worden vervolgens op strategische plaatsen geplaatst, zodat ze niet storen.
Rok ( Kusazuri ): Rok met meerdere zijkanten om de bewegingen te vergemakkelijken en de heupen te verstevigen.
Shorts ( Haedate ): Bijna onzichtbare shorts onder de rok, die dubbele bescherming bieden.
Suneate : Bescherming die zich vaak uitstrekt van de korte broek tot aan de voeten. Het belangrijkste doel is om de schenen en knieën te beschermen met ijzeren platen.
